Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Ook zult [36]gij [37]dronken worden, [38]gij zult u verbergen; ook zult gij een sterkte zoeken [39]vanwege den vijand. 36. O Nineve. 37. Te weten, van den beker der gramschap Gods; zie Jer.25;15,27, enz. 38. Te weten, van schaamte, u verstekende en verbergende, dat u de mensen niet zien, in plaatsen wwar gij pleegt met een opgericht hoofd stout heen te gaan; verg. Hos.10:8; Luk.23:30; Openb.6:16. Anders: gij zult verborgen zijn; dat is, gij zult teniet komen. 39. Dat is, om u te verbergen voor uwen vijand; of om uwen vijand te stuiten.